In een recent artikel1 stelden we dat er pas sprake is van een aanhoudende zwakte van de Amerikaanse dollar als er duidelijk bewijs is dat de verschillen in reële rente of groei tussen de VS en zijn belangrijkste handelspartners kleiner worden - iets wat nu nog niet aan de orde is. Sindsdien is het verhaal rond de zwakke dollar aan kracht blijven winnen, maar de vermeende zwakte van de dollar is in feite grotendeels een weerspiegeling van de kracht van de euro, die nu mogelijk te hoog wordt gewaardeerd. De Amerikaanse economie is nog steeds veerkrachtig, renteverschillen zijn nog altijd ondersteunend en de risicopremie op de dollar is mogelijk hoger dan nodig gelet op de onderliggende risico's. Alles bij elkaar zou dit erop kunnen wijzen dat de vooruitzichten voor de dollar wel eens een stuk gunstiger zouden kunnen zijn dan het huidige marktsentiment doet vermoeden.
De dollarindex laat vooral zien dat de euro erg sterk staat, maar die is nu wellicht wat te ver doorgeschoten.
Bij het verhaal over een zwakkere dollar wordt vaak voorbijgegaan aan het feit dat de recente bewegingen op de valutamarkten grotendeels het gevolg zijn van een appreciatie van de euro. De bredere dollarindices, waarin ook valuta's van opkomende markten zijn opgenomen, zijn slechts licht gedaald ten opzichte van hun hoogst genoteerde niveaus2.
De appreciatie van de euro lijkt ten dele terecht, aangezien Duitsland onlangs een verruiming van de begroting heeft goedgekeurd, waarmee het land afstapt van zijn traditioneel conservatieve begrotingsbeleid. De grote vraag nu is of deze uitgaven ook echt zullen leiden tot investeringen die de productie van het land stimuleren, of dat er structurele knelpunten zijn die groei in de weg staan.
In Duitsland zijn er nog steeds uitdagingen, zoals een tekort aan arbeidskrachten en een trage overheid, waardoor de stimuleringsmaatregelen wel eens minder effect zouden kunnen hebben. Als dit zo blijft, bestaat het risico dat de extra uitgaven de inflatie opdrijven zonder dat de economie echt groeit. Bovendien kunnen beleidsmakers door een aanzienlijk deel van de uitgaven naar voren te halen, de urgentie of de politieke wil om moeilijkere en impopulaire structurele hervormingen door te voeren, afzwakken.
Op dit moment is het nog te vroeg om de uitkomst met zekerheid te voorspellen. Wat echter wel duidelijk is, is dat een sterke euro de laatste tijd steeds minder lijkt aan te sluiten bij de feitelijke economische situatie. Zoals wij al eerder hebben aangegeven3, wordt voor de eurozone in 2025 slechts een bescheiden groei van circa 1% verwacht en heeft Duitsland een nagenoeg stagnerende economie.4Deze cijfers pleiten niet voor een blijvende appreciatie van de euro.
Huidige niveau van de dollar wijst op lagere reële rente in de VS
De prestaties van de dollar hangen nauw samen met cyclische factoren, zoals groei en reële rente. Het ene hangt samen met het andere, omdat renteverschillen tussen landen meestal aangeven dat er een verschil is in groei en inflatie tussen die economieën, waarbij een sterkere groei meestal leidt tot een hogere rente.